Evalien in Canada

Drie weken (Whistler en Kamloops)

Ik vond het dringend tijd worden dat ik ging vertellen over Whistler, dus vandaar deze, relatief snelle, maar gigantisch lange update.

Ik zit nu alweer drie weken in Lillooet en ik heb nu al bijna de hele omgeving gezien.

Zoals in mijn vorige blog te lezen was, ben ik vorige week zondag naar Whistler gegaan om te gaan snowboarden.

Whistler ligt op ongeveer 130 km van Lillooet af, maar het is alsnog meer dan 2 uur rijden. 's Ochtends in alle vroegte opgestaan, mijn gesmeerde boterhammetjes meegenomen in de auto, heel stil gedaan en toen met de zonsopgang mee, richting Whistler vertrokken.

Helaas zou ik Evalien niet zijn als ik niet minstens twee problemen tegenkom als ik in mijn eentje eropuit trek.

Mijn eerste probleem voldeed zich al toen ik 's ochtends de skibroek aandeed.

Iedereen die mij ooit gezien heeft weet dat ik niet een gemiddeld maatje broeken draag, en helaas dragen Heleen en Rolf dat wel. Ik kon een skibroek lenen van Rolf, maar helaas was die nogal aan de krappe kant.

En als ik zeg krappe kant, bedoel ik: ik kreeg de broek wel dicht, maar er zaten drukknoopjes aan de bovenkant en als ik maar zoveel als ademhaalde sprongen die open. Ik had alleen geen tijd of geld om een andere broek te regelen en dus had ik besloten maar gewoon de hele dag met de knoopjes open te gaan snowboarden. Er zat niets anders op.

Het tweede probleem deed zich voor toen ik aan het einde van Lillooet wilde tanken.

Zoals eerde lezers zich misschien kunnen herinneren , is er tussen Lillooet en Pemberton (ongeveer 100 km) hé-le-maal niets. En het leuke aan de auto van Rolf en Heleen is dat de benzinemeter stuk is. Volgens de auto rij je constant met een lege tank (en leeg oliepijl trouwens), dus je moet vertrouwen op de kilometerstand om te zien hoeveel benzine er nog in de auto zit.

Het was in ieder geval noodzakelijk dat ik ging tanken. Het leuke was dat er een knul was die voor mij zou tanken, zodat ik alleen maar hoefde af te rekenen, maar toen kwam het probleem: Ik wist niet hoe de benzineklep open moest.

Normale auto's hebben een heel duidelijk aangegeven knopje waardoor ergens achterin je auto 'klik' klinkt en je gewoon kan tanken, maar bij deze auto was het knopje niet te zien.

En niet te vinden.

En echt niet te vinden.

En ook niet door de knul te vinden.

En na tien minuten nog steeds niet te vinden.

Uiteindelijk kwam de kassamedewerkster van het benzinestation erbij, en die kwam erachter dat je gewoon flink hard op de benzineklep zélf moest duwen en dat hij toen openging. Als een soort lichtknopje.

Juist. Dat hadden Rolf en Heleen ook nog wel even kunnen melden. Ik had werkelijk waar géén idee. Toen wist ik ook nog eens niet welke benzine erin moest, maar de vriendelijke knul die voor mij zou tanken zei dat er binnenin de benzinedop stond dat 'premium is recommended' (en premium is 20 cent duurder, per liter), dus dat heb ik maar laten tanken. Binnen afgerekend (de pincode die ik in mijn hoofd gestampt had bleek godzijdank goed) en toen uiteindelijk, met een volle tank, aan mijn ritje begonnen.

Ik stopte na 3 minuten rijden al voor het eerst de auto om foto's te maken (en meteen maar mijn boterhammetjes tevoorschijn te halen) en de rest van de rit heb ik genoten van het panoramische ritje, de stilte (er is ook geen radio-ontvangst op die weg) en de vroege ochtend (o, wat geniet ik van vroege ochtenden, [/sarcasme]).

Na, mijn lange rit van ongeveer 100 km, kwam ik door Mount Currie (een indianenreservaat) waar de paarden gewoon op de weg liepen. Dit zorgde ervoor dat ik even weer wakker werd geschud uit mijn bijna trance, en me de rest van de rit naar Whistler goed kon concentreren.

Ik was om ongeveer half 10 in Whistler. Ik parkeerde de auto, en toen ging ik op zoek naar de kaartverkoop en skiverhuur en dus meteen een hele tour door Whistler liep.

Whistler is echt een ontzettend leuk dorp. Het is het dorp waar veel van de onderdelen van de Olympische Winterspelen van Vancouver twee jaar geleden waren, en sindsdien heeft Whistler een 'cool' imago.

Whistler is voor het grootste deel autovrij, er zijn heel veel leuke barretjes, restaurantjes, winkels, cafés en het grote merendeel van de mensen die er verblijven is jóng. En dan bedoel ik in de leeftijd tussen 18 en 30. Het viel me echt op hoeveel jonge 'hippe' mensen Whistler bevatte.

Verder ziet Whistler er gewoon heel leuk uit en hangt er een heel leuk sfeertje.

Helaas waren er niet heel veel skiverhuurs en kaartverhuurhokjes te vinden. Uiteindelijk vond ik een skiverhuur die pas om 10 uur openging. Ik had geen zin om daarop te wachten en dus liep ik verder richting de liften, in de hoop dat daar de kassa's zouden zijn. Onderweg kwam ik eindelijk nog een skiverhuur tegen.

Er waren drie medewerkers in de zaak, allemaal jonger dan 25 en allemaal Australisch. Raar genoeg zijn er ontzettend veel Ausies in Whistler.

Een van de medewerksters hielp mij aan snowboard en schoenen, ik moest een formullier invullen en ik stond al met het geld in mijn hand toen het derde probleem van de dag zich voordeed: Je moet 19 zijn om dingen te mogen huren.

In zo ongeveer de hele wereld ben je met 18 oud genoeg om zelfstandig dingen te huren/kopen/regelen, maar in Canada moet je 19 zijn. Grrrrrrrrr, dit was nogal vervelend. De medewerkster vroeg of er niemand ouder dan ik was om voor mij te tekenen, maar nee, die had ik niet. Ik was alleen en dus mocht ik alle spullen weer uitdoen en inleveren. Fijn is dat.

En nu?

Ik liep even doelloos door Whistler heen, dook hier en daar een kledingwinkel in, met de hoop dat er ergens een broek gigantisch in de sale zou zijn in mijn maat (want het was niet echt lekker om met een broek die constant halfopen stond rond te lopen), maar helaas was broeken in de sale nog steeds 200 dollar (Whistler is dúúr).

Toen kwam het fantastische idee in mij op, om maar gewoon te zéggen dat ik 19 was. Als ik geen ID hoefde te laten zien, zou er niemand zijn die daaraan zou twijfelen.

Dus ik dook de eerstvolgende skiverhuur binnen (SkiSet, die keten kende ik ook nog eens uit Frankrijk) en liet me opnieuw helpen door dit keer een Australische knul (en allemachtig wat waren al die jonge mensen daar knap en hip, ik voelde me er niet echt thuis moet ik zeggen, met mijn veel te strakke broek en bij elkaar geraapt zooitje kleding). Ik moest weer een formulier invullen, maar tot mijn verbazing stond hier niet eens een leeftijdsvermelding op. Ik was blij, hoefde ik ook niet te liegen.

Ik huurde naast een board en schoenen ook een helm (veiligheid voor alles hè) en ging afrekenen. Maar helaas. Je had een creditcard nodig. (problemo numero quatro, sí) Ik mocht wel met contant geld afrekenen, maar ze hadden een creditcardnummer als borg nodig voor als ik iets zou stukmaken/stelen.

Ik zag even mijn hele dagje Whistler als een kaartenhuis in elkaar vallen. Wéér niet gelukt. Maar toen kreeg ik een flashback terug naar Frankrijk, waar ik met Roos ook bij Skiset spullen gehuurd heb, en waar we ook een creditcard nodig hadden, maar waar Roos in plaats daarvan haar ID als borg heeft ingeleverd.

Ik had geen paspoort bij me, maar ik dacht dat mijn ID wel als genoeg borg zou dienen. Ik stelde het voor aan de knappe, Aussie boy, en tot mijn gigantische opluchting, stemde hij in.

Ik duwde snel mijn ID in zijn handen en haaste me uit die winkel. Niet alleen is mijn foto op mijn ID echt de mooiste foto die ooit van mij is gemaakt (mijn 13-jarige zelf kijkt er zó charmant op), is mijn ID niet echt geldig in Canada maar er is ook nog eens op te lezen dat ik nog maar 18, en geen 19 ben. Vandaar de haast om uit die winkel, met de spullen, te komen.

Eindelijk had ik een board onder mijn arm, en voelde ik me weer een beetje beter. Ik volgde de andere jongelingen met boards onder hun armen richting de liften en daar aangekomen kreeg ik automatisch een glimlach op mijn snoet.

Hallo, skiliften. Hallo, pistes. Hallo, sneeuw. Hallo, snowboarden!

Gelukkig had ik geen verdere problemen met het kopen van mijn liftkaartje (enkel en alleen dat het dúúr was! 117 dollar voor een dágpas!) en haaste ik mij in een gondel.

Mijn 'liftpas' was niet meer dan een stukje karton met een streepjescode erop, die hippe, jongelingen uit Australië bij de gondels in het dal stonden te scannen met een handscanner.

(serieus Canada? karton? Daar kunnen jullie echt nog wat van Europa leren met de plastic pasjes en het automatische poortjessysteem)

Eenmaal boven aangekomen klikte ik dat snowboard vast (en voelde hoe de gulp van mijn broek nu ongeveer helemaal open stond, gelukkig heb ik een lange winterjas) en woesjste omlaag.

Het was ontzettend wennen op mijn gehuurde snowboard.

Ik heb nu al 4 jaar een eigen board gehad (3 jaar een ontzettend soepel, redelijk klein damesboard van Rossignol en 1 heel seizoen lang mijn geweldige, redelijk soepele, goede hoogte hebbende, hele hippe kleurtjes hebbende, fantastische rondingen hebbende die me helpen bij het draaien/kanten/keren , goede board van Bataleon), dus het snowboarden op een ander board dat hartstikke stijf is en plát was even schrikken een kostte me heel veel aanpassingsvermogen.

Voor de niet-snowboardkenners:Mijn 'Bataleon Whatever' heeft een speciale techniek waarbij het board niet plat is aan de onderkant, maar hol is tussen mijn voeten en bol is vlak na mijn voeten. Dat hebben wel meer boards, maar mijn board is ook nog eens bol in de breedte ter hoogte van de buitenkant van mijn voeten. Daar is mijn board dus redelijk rond. Dit zorgt ervoor dat ik heel makkelijk bochtjes kan draaien en mijn board heel is.

Dit board (een Nitro) was meer gebouwd om te kunnen knallen. Heel stijf en heel recht.
Bijna het tegenovergestelde van mijn eigen board, dus de hele ochtend ben ik verder bezig geweest met het aanpassen op het andere board. Dit zorgde ervoor dat het snowboarden zelf nog niet zo lekker ging. Ik kreeg veel spierpijn omdat het bochtjes draaien veel kracht vroeg en ik moest heel ver door mijn kniën om niet te gaan stuiteren, waar mijn broek nooit zoveel zin in had. Ik viel niet hoor, heus niet, maar echt lekker ging het niet.

Laat ik het zo uitleggen: Toen ik het board huurde waren we complete vreemdelingen van elkaar. We schudden elkaar de hand, zeiden onze namen en begonnen de dag met veel ongemakkelijke stiltes. Door de eerste paar pistes af te gaan, ging het praten steeds makkelijker en we veranderden van twee vreemdelingen die een dag op elkaar waren aangewezen in vriendelijke kennissen van elkaar die elkaar kerstkaartjes sturen en gedag zeggen in de supermarkt, maar echte vrienden werden we niet.

Nu is mijn geheime manier om ergens in één keer aan te wennen: ga een moeilijke piste doen.

Dit hielp toen ik in Frankrijk weer een dagje ging skiën en Hanno en mijzelf per ongeluk van een stijle buckelpiste afstuurde. Eerst ging het skiën niet echt soepel, maar zodra ik mezelf over de angst van de buckels heen zette, en gewoon gingging het opeens fantastisch.

Dus deze techniek paste ik ook toe op mijn huurboard. Ik koos de moeilijkste piste uit (Blackcomb Glacier, zie foto's, je moest eerst veel liften nemen en uiteindelijk zelfs bijna 30 meter omhoog klimmen), nam een paar kiekjes, bond mijn board voor, en ging ervoor.

Het was echt een fantastische piste. Geweldige sneeuw, lekker stijl, heerlijke brede en rustige piste, fantastisch mooi plekje en heel veel ruimte om te oefenen.

En inderdaad: Ergens halverwege het stijlste stuk begreep ik opeens hoe ik opeens hoe mijn snowboard werkte en veranderden we van vriendelijke kennissen naar vrienden. Ik zal niet zeggen goede vrienden, en al helemaal geen beste vrienden (dat zou ik mijn vriendje Bataleon nooit aandoen), maar desalniettemin wel vrienden.

De rest van de dag genoot ik. Ik had geen zin om te lunchen dus had ik lekker veel tijd om door het gebied te cruisen. Ik zal verder niet veel meer snowboardverhalen vertellen, dat zal de meeste lezers helemaal niet interesseren, maar hier volgt een kort lijstje van mijn bevindingen en waarnemingen van Whistler:

- Er zijn ontzettend veel snowboarders op de piste. Waar het in Frankrijk of Oostenrijk misschien 1 op de 5 is (en dat is al heel veel) denk ik dat de helftvan alle pistegebruikers boarders waren (1 op de 3 op z'n minst)

- Wat ik al eerder zei: Whister is jong. Dus ik zag ontzettend veel jonge, hippe mensen op snowboards met fantastische outfits en coole tricks (ik voelde me echt niet goed thuis in mijn bij elkaar geraapte zooitje kleding en geleende spullen. ik heb meerdere malen gewenst al mijn eigen equipment te hebben om ze eens te laten zien wat ik nou écht kan)

- Het pistekaartjes is allemachtig scheef en moeilijk te begrijpen

- De pistes zijn heel slecht aangegeven, dus het is moeilijk een weg uit te stippelen of zelfs maar ergens heen te boarden.

- Ondanks dat Whistler laag ligt was er ge-wel-dige sneeuw.

- Het was een prachtige dag met heerlijke warme zon waardoor ik zowat uit mijn kleding zweette, al mijn water in de ochtend al ophad en er een redelijke kans op verbranding was (zelfs voor mijn 'ik-verbrand-bijna-nooit' huid.

- Dit puntje hoort bij het puntje hierboven: Canadezen zijn geen koukleumen. On the contrary. Canadezen zijn bikkels. Als het hier boven nul is lopen de meeste mensen zonder jas, als dan ook de zon schijnt loopt men in t-shirts en als het boven de 10 graden is, is het tijd om de korte broeken, t-shirts en teenslippers uit de kast te halen. Ik maak geen geintje. Ik heb behoorlijk veel mensen in t-shirts op de ski's/boards zien staan (zelfs een enkeling met korte broek aan) en de keer dat ik per ongeluk in het dal belandde, leek het wel zomer. Overal teenslippers, korte broeken, jurkjes, blote benen, zonnebrillen en zonnebaden. En ik had mijn dikke jas aan.

- De mensen zijn zo ontzettend vriendelijk en spontaan. De liftbediendes (die, inderdaad, ook weer jonge, hippe Aussies of Canadezen waren) zeiden altijd 'Hi! How are you today?' 'Have a nice run!' 'Enjoy!' en dergelijken. Je liftgenoten zeggen bijna standaard 'Hello!' tegen elkaar en er is wel een stuk of 5 keer spontaan een heel gesprek met me aangegaan. En dan maakt het niet uit of het jonge, hippe boarders zijn uit Whistler, een ouder echtpaar uit Vancouver op de skis, een 30'er die je zonnebrand aanbied en begint over je huidskleur of drie jongens die bij de Bungeejumping werken en in tshirts, korte broeken en teenslippers bij je in de gondel zitten.

Tegen drie uur begon ik redelijk zere benen te krijgen. Ik was ook een keer keihard gevallen, en had daardoor hoofdpijn gekregen (kan ook komen doordat ik veel te weinig drinken meehad, omdat mijn water op was en het belachelijk heet was). Dus besloot ik te stoppen.

Wat voor mij nog meer het signaal gaf dat het tijd was om af te dalen, was dat alle pistes alweer bijna leegwaren. Ik was helemaal bovenaan toen ik het bedacht, en de hele weg omlaag heb ik misschien 3 mensen gezien. Echt belachelijk. De Whistlerianen waren niet eerder dan 10:30 op de pistes en om 3 uur was bijna iedereen er alweer af. Dat is toch geen wintersport meer te noemen? Komt vast door al die hippe, jonge mensen die met dit soort weer veel liever beneden in het dorp op een van de vele terrasjes bier zitten te drinken in korte broeken en zomerjurkjes.

Maar goed. Ik leverde mijn gehuurde spullen weer in, kocht een liter drinken en twijfelde of ik in Whistler zou gaan eten, naar Pemberton zou gaan om te eten (waar een restaurant mij was aangeraden door Heleen en Rolf) of gewoon alvast naar Lillooet te rijden. Het was pas half 4.

Ik besloot maar even rustig in Whistler op een bankje mijn drinken op te drinken (ijskoffie bij Starbucks en een fles water bij de supermarkt) en daarna naar Pemberton te gaan om te eten. Ik kon eigenlijk mijn jas niet uitdoen, omdat ik dus mijn broek niet dicht kon houden (ha-ha.) en tussen al die hippe, jonge mensen voelde ik me niet echt thuis, dus.

Tegen de tijd dat ik in Pemberton was, was ik vast al afgekoeld en kon ik mijn jas aanhouden ofzo.

Dus zo bedacht, zo gedaan. Ik was tegen half 5 in Pemberton. Ik had een manier gevonden om mijn niet helemaal dicht te hebben, maar het te laten lijken van wel, door mijn shirt eroverheen te trekken en dus durfde ik mijn jas uit te doen in the Pony, in Pemberton.

Het was een ontzettend leuk restaurantje van binnen. Van buiten was niet te zien hoe leuk het was van binnen. Het was heel klein, maar gezellig en modern/biologisch/ecologisch/weetikhet. Het was veel te vroeg om avond te eten, maar ik mocht wel een pizza.

De pizza's hadden hele leuke namen als (een selectie): Magic Mushroom (cream sauce, spinache, mushrooms, mozzarella, chicken and garlic butter), Tie Die Hippie Pizza (sundried tomato, arugula. black olive, onion, goat's cheese), The Cow Tipper (shaved beef, mushroom, caramelized onion, blue cheese, oregano, olive oil), Sea to Sky (sockeye salmon, smoked salmon, garlic cream sauce, potato and green onion) en Summer Lovers (shrimp, spinach, pesto, feta cheese and sun dried tomato)

Ik nam de pizza 'margarita' die niet echt margarita heette maar ook een mooiere naam had. En het was misdadig lekker. Mjammie.

Na het eten de lange weg naar huis terug gereden, opnieuw getankt (en nu zelf betaalt, benzine is wél goedkoop) en uitgeput maar voldaan gedoucht en gaan slapen. Wat een heerlijk dagje.

De volgende dag had ik meteen weer een uitstapje. Deze keer naar Kamloops, een redelijk grote stad (voor BC begrippen) op 170 km afstand van Lillooet.

Josine had in Februari haar elleboog gebroken toen ze uit de appelboom viel en moest nu naar het ziekenhuis in Kamloops voor haar allerlaatste controle en ik kon mooi mee om Kamloops eens te bekijken.

De rit erheen was echt prachtig. Ook al. De rit naar Whistler was veel bos, berg en sneeuw, maar de rit naar Kamloops leek meer op een woestijnachtig, bergachtig maanlandschap. Heel veel koeien, verre uitzichten, een grauwgele heuvels met hier en daar een plant. Soms was het echt een adembenemend mooi ritje. De natuur was zo ontzettend anders dan ik gewend ben uit Europa!

Ik had bedacht dat ik in Kamloops een boek wilde kopen en naar de bioscoop wilde. Het boek dat ik wilde kopen is het derde deel van een serie waarvan de film die ik wilde kijken in de bioscoop het eerste deel is (snap je hem nog?).

De serie is the Hunger Games triology.

een korte uitleg: ('De Hongerspelen (Engels: The Hunger Games) is een adolescentenroman, afkomstig uit de gelijknamige trilogie geschreven door de Amerikaanse schrijfster Suzanne Collins. [...] Het verhaal speelt zich af in de toekomst in Noord-Amerika, waar zich een nieuw land heeft gevormd, namelijk Panem, dat 12 districten telt en een hoofdstad, het Capitool. Oorspronkelijk waren dat 13 districten, maar in een opstand van 74 jaar geleden heeft het Capitool het 13e district genadeloos afgeslacht. Als een herinnering voor de rebellen aan die opstand, werden de Hongerspelen in het leven geroepen. Dit houdt in dat elk jaar van elk district twee deelnemers (een meisje en een jongen) tussen 12 en 18 jaar moeten deelnemen in de Hongerspelen, een gevecht tot de dood waar het hele land verplicht naar moet kijken.' (naar Wikipedia, de vrije encyclopedie) De hoofdpersoon van het boek, de 16-jarige Katniss Everdeen, (je raad het al) moet meedoen aan die Hongerspelen en het boek verteld hoe het haar vergaat).

Ik hoorde van de serie toen ik de trailer zag voor de film van het eerste deel (dit is terug in September of zo) en bedacht me meteen dat ik de boeken wilde lezen. Ik heb deel één: The Hunger Games gelezen toen ik mijn reis naar Frankrijk in Decembere maakte, en was meteen verslaafd.

Ik had deel twee mee (Catching Fire) toen ik mijn reis naar hier maakte en ben nu wanhopig om mijn handen op het derde boek (Mockinjay) the krijgen. Ondertussen is de film van The Hunger Games in de bioscoop te zien en ik wilde die zó graag op het grote scherm zien.

Helaas. Problemen volgen Evalien waarheen zij ook gaat.

Het internet was op mijn Whistlerdagje stuk gegaan, en dus kon ik niet opzoeken waar in Kamloops een boekenwinkel en een bioscoop te vinden waren. Ik ging dus op goed geluk naar de stad.

Ik werd afgezet in het centrum. terwijl Heleen met Josine en Thomas naar het ziekenhuis ging en daarna gingen zwemmen, zou ik in de stad zijn. Helaas kwam ik er al snel achter dat het centrum van Kamloops één bioscoop had, die the Hunger Games niet draaide en alleen twee tweedehandsboeken zaken, die dus allebei zo'n nieuw boek als the Mockinjay nog niet hadden. Ik had zo verschrikkelijk veel geld uitgegeven aan Whistler (Whisler is dúúr), en mijn koffer kon al amper dicht, dat ik geen kleding wilde kopen en opeens had ik niets meer te doen in Kamloops.

Ik heb maar rondjes gelopen door het kleine centrum met de grote, brede, autovolle stratenen, ik heb paar foto's gemaakt en toen deden mijn benen zeer (spierpijn!), had ik dorst en wist ik niet meer wat ik nou nog kon doen.

Toen ben ik maar bij de MacDonalds een kop koffie gaan drinken want daar hebben ze gratis WiFi en ben ik op de toeristensite van Kamloops gaan zitten neuzen wat er allemaal te doen was. Helemaal niets dus.

Zoals elke grotere Noord-Amerikaanse stad heeft Kamloops een centrum, en een shopping mall, die ver uit elkaar liggen. In de shopping mall van Kamloops bevindt zich een hele grote bioscoop (die the Hunger Games draaide, maar alleen 6 keer 's avonds) en een hele grote boekenwinkel die vast het boek zou hebben. Ik zou een taxi kunnen nemen naar de mall om het boek te kopen, maar dat ging me iets te ver. Vanwege mijn grote hoeveelheid rondgelopen rondjes had ik ook nog meer anderhalf uur en ik vond het dus zonde van mijn tijd en geld om helemaal naar de shopping mall te gaan voor één boek.

Uiteindelijk besloot ik maar gewoon naar de kapper te gaan. Dat moest eigenlijk ook heel dringend (de laatste keer ben ik in September door Joanna in Frankrijk geknipt) en dus ging ik op die missie. Helaas waren alle goede kapsalons ook meer dan een halfuur lopen van waar ik zat, en de enige andere twee kapsalons die er uitzagen alsof ze een beetje kwalitatief zouden knippen deden niet aan knippen zonder afspraak. Uiteindelijk ben ik beland bij een Barber (met van die vorige eeuwsde kapstoelen en zo'n rood/wit/blauw draaiend ding boven de etalage), waar een minuscuul, oud vrouwtje met een Italiaanse achtergrond me door te slijmen wilde laten terugkomen.

Ik had een prrrraaachtig gezichtje, model-waardig, en de mooooiiiste ogen. Ik had zooooo'n goede huid (lekker rode wangen van de zon van de dag ervoor) en het allergezondste en fijnste haar dat ze ooit in haar handen had gehad (dat zei ze zo ongeveer om de 3 minuten). Het was zó glad en zó gezond en zó soepel en zó glanzend. De kleur die mijn haar had stond zooooo natuurlijk bij mijn huidskleur en gezicht dat ze het haast niet kon gelooooooven dat het niet mijn natuurlijke kleur was. Er hoefde heus maar een halve cm van mijn haar af want het was zoooooo gezond dat meer zonde zou zijn van mijn prrrrraaachtige lengte. Mijn pony (of wat ervan over is) hoefde ook niet bijgeknipt te worden, hoor, want hoe het nu was stond zoooooo goed bij mijn gezichtje. En ik had ook geen stijlingsproducten nodig aan het einde van mijn knipbeurt, want die zouden mijn haar alleen maar minder mooi kunnen maken dan het van nature was.

Dat is dan 20 dollar.

Ik kan zoveel grapjes maken als ik wil over het weiffie, het was wel een schat en een beetje hielp dat slijmen toch ook wel. Ik ging blijer weg bij de kapper dan ik gekomen was en doordat mijn haar nu weer toch echt iets beter aanvoelde dan ervoor, was mijn teleurstelling over het boek en de film ook wat verzacht. Ik ben zelfs twee kledingwinkels binnengelopen met de goede intentie om mijzelf nog meer te verwennen met wat nieuws, maar ik schrok een beetje van de prijsjes. Wel echt een eeeeeeenig jurkje gezien, maar de prijs stond me teveel tegen. Ik had in Whistler meer dan de helft van mijn loon erdoorheen gejaagd (Whistler is dúúr), dus ik verdiende dat jurkje toch niet zo erg. In plaats daarvan maar een rustig plekje opgezocht om mijn boterhammetjes op te eten en zelfs een dollar aan een of andere kneus gegeven die naar zijn 'zieke oma' wilde bellen maar geen 'looney's' meer had, gegeven. Wat ben ik toch goed voor de wereld.

Wel heb ik om het laatste half uur van mijn tijd te doden in een home-deco-achtig winkeltje met de leukste spulletjes geneust en zelfs een paar dingetjes gekocht (waarover ik niet al te veel ga zeggen want ik heb het plan opgevat om iets naar Cindy te sturen voor haar verjaardag (als dat me gaat lukken, niet boos worden als het mislukt, Cindy) en daarna was het tijd om naar de plek waar ik met Heleen had afgesproken te gaan.

Toen met de kindertjes en Heleen nog een ijsje gegeten bij een benzinestation, naar de grote Mall gereden waar Heleen haar horloge moest ophalen (gggrmbl, dáár zat dat ding dus helemaal) en weer terug naar Lillooet.

Niet helemaal een geslaagd dagje, dus, maar ik heb me redelijk vermaakt. Er was zelfs een brug die je aanmoedigde, maar die foto verschijnt met uitleg nog wel op Facebook.

De rest van de week:

Dinsdag was ook een vrije dag van mij, waarop ik eindelijk ben begonnen aan de serie Sherlock, die Vera mij had aangeraden, en natuurlijk weer helemaal verslaafd aan ben geraakt. Ik had het goede voornemen om buiten te gaan wandelen, maar Sherlock (Holmes, ja, maar zo heet de serie niet) hield me binnen. Wat een geweldige serie.

Woensdag was een normale werkdag.

Donderdag moesten Heleen en Rolf allebei in Vancouver zijn, en dus moesten ze heel vroeg weg. Dit betekende dat ik voor het ontbijtje moest zorgen en 's avonds ook zou koken. Ik stond op tijd op, maar toen ik me net aan het aankleden was, klonken de kleine voetjes al op het tapijt. Daar stonden Josine en Thomas met de pyama's nog aan met boekjes in hun handen. Of ik die alsjeblieft wilde lezen. Nou, goed dan.

Daarna allebei in de kleren gehesen, ontbijtje gedaan en toen ze allebei naar school waren heb ik mijn hele badkamer schoongemaakt, mijn bed verschoont en stofgezogen. Goed werk, au pair.

Toen ik 's avonds moest koken waren Josine en Thomas gelukkig heel zoet aan het spelen (het kan ook anders) dus had ik alle tijd om te kokkerellen. Dit keer waren het tortilla's met heel veel groenten en butterscotchtaart toe. (mijn hemel, dat butterscotch is misdadig lekker). Heleen en Rolf kwamen terug tegen de tijd dat ik begon met de tortilla's, dus Heleen heeft daarbij nog geholpen. Heerlijk zitten smullen van het eten.

Vrijdag was een normale werkdag en 's middags zijn de kinders en ik met Rolf mee geweest boodschappen doen.

Zaterdag was weekend, en heb ik de kindertjes meegenomen naar de speeltuin bij de basisschool waar ze heerlijk gespeeld hebben. Toen ze eindelijk uitgespeeld waren zijn we naar Georgia gegaan, die een nieuw konijn had die Josine en Thomas een naam mochten geven. (het is Raincloud geworden, omdat het konijn die kleur wit/grijs heeft. Vlaamse reuskonijn trouwens. Raincloud deed mij trouwens meteen denken aan de keer dat Poehbeer zich als een regenwolkje had verkleed om de bijen te misleiden hun honing prijs te geven, zie je wel. Ik ga terug naar mijn eigen kindertijd hier, ik zat pas ook al 's avonds in mijn eentje de Zwanenprinses te kijken, wat mijn favoriete kinderfilm was)

Zondag wilden we 's middags gaan zwemmen, maar toen we bij het zwembad aankwamen bleek het dicht te zijn. Er was geen heet water. Met twee teleurgestelde kinderen daarna maar naar de supermarkt gegaan waar ze iets lekkers mochten uitzoeken (het werden skittles). Pas in de auto terug bedacht ik me de datum. Het zou toch niet, hè? Maar de deur van het zwembad zat wel echt dicht.

En nu is het maandag en heb ik weer een vrije dag. Ik kan helaas nergens echt heen, omdat Rolf de truck mee heeft naar Bill in Okanagan (geloof ik) en Heleen de auto nodig heeft voor het rijden van de kindertjes. Ik moet vanavond wel koken, maar ik weet nog niet wat.

Dat ga ik nu maar eens bedenken. Laat ik de kasten maar eens gaan checken op eetbare producten.

Reacties

Reacties

Roos

jeuzus jij wordt echt achtervolgd door problemen (en skiset!). en toch ben ik jaloeeers. LOBBIE.

Merel

Whoooo! Lang en coell verhaal :D En ik moest eigenlijk mijn bedje maar eens op gaan zoeken op het moment, maar dat kon natuurlijk niet voor ik jou verhaal had gelezen! Ik krijg spontaan neigingen om mn tas in te pakken en ook in het vliegtuig naar Canada te stappen :)

Ineke

Ben nu pas begonnen met je verhaal te lezen en ik geniet ervan. Om je jaloers te maken ik heb alle 3 delen van de Hongerspelen al gelezen en ben ook al bij de film geweest.
Morgen gaan we dus met de familie weg en we zijn blij dat die lastige vegetariër er niet bij is. Nu ik ben fan van je site geworden en zal je nu blijven volgen.

Lenny

Spannend allemaal Eef
Lekker genieten
En wat zie je een hoop mooi dingen

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!